Persoonlijkheid

[IJstijd]

Hallo, ik ben Kaj Elhorst, altijd aan het werk, altijd bezig, altijd op zoek naar iets beters dan wat ik heb, Die zoektocht naar een betere wreeld vind je ook terug in mijn eerste Fantasyroman Annalen van Gamor, sindskort verkrijgbaar in de boekhandel.

Synopsis

De annalen van Gamor is een verhaal dat speelt in de ijstijd. Het gaat over het zoeken naar eenheid en warmte, over de positie van de uitverkorene en de omgang met het nieuwe en het vreemde. De term “gamor” staat voor de ring die mensen met elkaar bindt, in de eerste plaats de band tussen de inwoners van Kana’an, het grote, collectieve ijshuis van het volk, de Anth’, in het Noord-Duitse laagland, niet ver van het Ertsgebergte.

Karakteristiek voor het volk is voorts dat het leeft min of meer onderverdeeld in drie kringen” De allerbinnenste kring waar de leiders en krijgersleven, de kring daar omheen waar de wijzen en leraren leven en de buitenste kring waar het “gemene” volk leeft. De mensen hier hebben geen privé-leven of leefruimte en doen alles dus in het openbaar. Hier bestaat nauwelijks een gevoel voor gamor maar ook geen zelfbewustzijn, twee zaken die onverbrekelijk aan elkaar verbonden lijken te zijn. Uitgerekend hier wordt Kalam tot uitverkorene uitgeroepen. Hij zal het volk een betere toekomst gaan bieden, zo menen zijn volgelingen.

Zijn vader, de a’ake=het opperhoofd, wijst vlak voor zijn overlijden tot Kalams grote verbijstering een man uit de buitenste kring aan tot opvolger. Deze pleegt vervolgens een coup om alle tegenstanders weg te werken en hij gaat hard op weg naar een keiharde dictatuur. De man is voorts volslagen psychopathisch (in onze hedendaagse termen). Waarom Kalams vader hem tot opvolger heeft aangewezen, daar wordt in alle kringen naar gegist. Zeker is dat Kalam zijn leven niet zeker is in Kana’an. Hij moet vluchten en neemt een flinke groep volgelingen uit alle drie kringen mee. Zijn belangrijkste geestelijke leidsman is Oedar, een oude wijze leraar en in de praktijk ondervindt hij veel steun van de ervaren krijger en jager Zaltmann. Later krijgt hij ook de steun van verstandige jongemannen zoals de naar harmonie strevende Tugor en de meer eigenwijze Foelar.

Nadat Kalam een grote “lotsbestemming” van de Anth’ heeft vastgelegd in een ijsgrot, vertrekt het gezelschap. Inmiddels heeft het de beschikking gekregen over vuur, daarna leert het planten en vele dieren kennen en leert het tellen. De reis verloopt bepaald niet vlekkenloos en in de loop van de tijd, tijdens een periode van slavernij, maken de Anth’ kennis met de Kraj, een ander volk. Dit volk loopt in technisch opzicht iets voor op de Anth’ maar heeft veel minder stuur en doel. Het sluit zich aan bij de Anth’, zo sterk dat de leider van de Kraj op een goede dag helemaal alleen verder gaat. Niet in vijandschap maar in het besef dat zijn rol is uitgespeeld. Zijn zwaard, het zwaard van Kraj, laat hij achter bij de Anth’ en het zal nog vele roemruchte daden “verrichten, vooral in de handen van Foelar.

Tegen het eind van het verhaal bereiken de Anth’ de streek waarin Kalam het einddoel van de reis ziet. Daar maken zij kennis met een volk dat in een stad leeft en dat technisch veel verder is. De verhouding tussen beide partijen is gekenmerkt door gebeurtenissen in het verleden en angsten en bedenkingen voor de toekomst maar uiteindelijk gaan de Anth’ de boventoon voeren en overvleugelen zij het volk van de “Rode Stad”. In deze periode begint het “uitverkorenheidsgeloof” van Kalam steeds meer te verstrakken en ook in toenemende mate weerzin op te roepen bij groepen Anth’ en Kraj.

Inmiddels vertrekt Foelar na een heftige confrontatie met Kalam, verder op weg naar het “rijk van de zon”. Hij neemt een beperkt aantal volgelingen mee over zee. Vele jaren later keert zijn zoon met een zeilschip terug. Hij geeft het zwaard van Kraj terug aan Kalam en daarmee is de cirkel rond. Kalam kan afscheid nemen als leider van het volk dat hij naar een nieuwe samenleving heeft gevoerd.

Tussen de bedrijven door vormt de relatie man-vrouw een belangrijk thema, de eerste gedachte van gelijkwaardigheid komt op, de mogelijkheid dat een vrouw bepaalt wat de man gaat doen. De absoluut ondergeschikte rol van de vrouw gaat langzaamaan voorbij. Overigens vertonen de vrouwen van de Anth’ het opmerkelijke verschijnsel dat zij allemaal tegelijk zwanger zijn, een verschijnsel dat de nauwe binding met de natuur weergeeft. Ook gevoelens van ontrouw en jaloezie zijn in het verhaal verwerkt.